Laatste nieuws

Niet gecategoriseerd

Boeren protesteren weer in Brussel: Nederland telt te veel koeienvlaaien

Een groep Nederlandse boeren demonstreert dinsdag in Brussel. Zij zien de Europese Commissie als aanstichter van onze mestcrisis. Maar wat houdt die crisis eigenlijk in? En wat is de relatie met onze waterkwaliteit? Vijf vragen en antwoorden.

1. Wat is er aan de hand?

Kort gezegd: Nederland telt te veel koeienvlaaien. Veel melkveehouders hebben meer dierlijke mest dan ze kwijt mogen op eigen land. En omdat de overheid de maximale hoeveelheid te gebruiken mest stapsgewijs aanscherpt, groeit het overschot. Het gevolg: spanning op de mestmarkt. Want waar moet die mest naartoe? Veehouders die hun mest wel kwijtraken, betalen tot wel tienduizenden euro’s per jaar. Boeren die geen afzet vinden, kampen met overvolle mestkelders. Volgens LTO telt Nederland eigenlijk 650.000 melkkoeien te veel, op een totaal van 1,9 miljoen inclusief melkvee.

2. Hoe is de crisis ontstaan?

De mestcrisis ontstond toen de Europese Commissie eind 2022 het einde aankondigde van een bijzondere uitzonderingspositie (ofwel derogatie). Sinds 2006 stond Brussel Nederland toe – net als bijvoorbeeld Denemarken en België – meer mest te gebruiken dan het Europese maximum. Argumentatie: ons groeiseizoen is langer dan elders. Daarom neemt ons gras meer voedingsstoffen op. Dat ging goed totdat onze waterkwaliteit de laatste jaren weer verslechterde. Daarop trok Brussel de uitzonderingspositie in.

3. Wie wordt het hardst geraakt?

Het zijn juist melkveebedrijven die normaal nooit mest hoefden af te zetten (omdat ze voldoende eigen grond hadden) die in de problemen komen. Zij hadden geen mestafzetcontract en staan nu op de mestmarkt achteraan. ‘Ook jonge boeren delen hun zorgen en zien de toekomst van hun bedrijf somber in’, schrijft demissionair minister Piet Adema (LNV) aan de Tweede Kamer. Want hoe kun je een bedrijf overnemen waarvan het bedrijfsinkomen verdampt door uitgaven aan mestafzet?

4. Hoe zit het het met de waterkwaliteit?

Sinds de jaren 90 is onze waterkwaliteit verbeterd. Op veel plekken, zeker onder melkveebedrijven, lukte het onder de Europese norm van 50 milligram nitraat per liter water te blijven. De laatste jaren gooit de droogte echter roet in het eten. Ook de kwaliteit van ons oppervlaktewater staat onder druk door nutriënten, kwel, chemische stofjes en afspoeling uit stedelijk gebied. Of met het wegvallen van de derogatie (de uitzonderingspositie) onze waterkwaliteit verbetert, is de vraag. Minder koeien leidt mogelijk ook tot minder grasland. En juist onder grasland is de waterkwaliteit het beste.

5. Wat zijn oplossingen?

Dat laatste lijkt een goed argument om bij de Europese Commissie nogmaals te pleiten voor verlenging van onze uitzonderingspositie. Al was het maar voor alleen grasland. Minister Adema stootte echter al te vaak zijn neus. ,,Er is geen perspectief op een nieuwe derogatie”, stelt hij. Wie daaraan wel vasthoudt, verspreidt ‘valse hoop’. Adema ziet geen andere optie dan de mestproductie snel te verlagen. Onder meer door een brede beëindigingsregeling, voor alle veehouderijsectoren, naast de opkoopregelingen die al bestaan. ,,Er zijn geen eenvoudige of pijnloze oplossingen.”

*Bron: Eindhovens Dagblad